Geluidsoverlast, een huilende buurvrouw en de VvE

ontzegging gebruik VvE
Op: september 1, 2025
Door: Fiverr

Geluidshinder, zwevende vloer, de VvE en een ontevreden onderbuurvrouw

Over geluidsoverlast in de VvE kan je een boek schrijven. Daarbij geldt ook dat wat de ene persoon als overlast veroorzaakt, de andere persoon niet merkt. Wat zonder enige twijfel ook van belang is of de bewoners veel thuis zijn. Ik zal nooit meer mijn manager bij de woningbouwvereniging vergeten (vakantiebaantje, 30 jaar geleden) die stelde dat 80 procent van de burenruzies zich voordeed bij buren die alle twee thuis waren (lees: niet werkten). Na Corona is daar natuurlijk nog iets bij gekomen en dat is dat mensen vaak thuiswerken en dan een rustige omgeving vaak zeer op prijs stellen. 

 

In het voorjaar van 2025 moest de kantonrechter te Amsterdam (ECLI:NL:RBAMS:2025:5611, 13-08-2025) zich buigen over een geschil tussen een VvE-lid en de VvE. Wat was het geval? De onderbuurvrouw van het VvE Lid ervaart geluidsoverlast van de bovenburen en klaagt hierover bij de VvE. De VvE gaat voortvarend te werk en stelt een deskundige aan. 

 

De deskundige is matig enthousiast over de kwaliteit van de geluidisolatie van de bovenburen en stelt dat deze in de NEN klasse 3 of 4 valt. Matig dus volgens de deskundige. Bij klasse 4 staat wel vast dat er regelmatig storing zal optreden. Spraak en muziek is vaak hoorbaar. Loopgeluiden zijn veelal hinderlijk. ‘Regelmatig storing van installatiegeluiden.’ Kortom: de onderbuurvrouw kon haar bovenburen horen leven en dat kan bloedirritant zijn. 

De VvE komt dus in actie en daagt het VvE lid voor de rechter. De inzet van de VvE is dat het VvE lid de vloer dient aan te passen. Spoiler: Het lid hoeft haar vloer niet aan te passen. Waarom niet? 

De rechter kijkt hier naar twee zaken. Allereerst is het de vraag of de vloer aan de normen voldoet. Als dat het geval is, dan ben je er niet. Ook een vloer die aan de normen voldoet mag geen onredelijke hinder veroorzaken. Wat onredelijk is, hangt van de omstandigheden van het geval af. Zeker in een oud complex moet je enige mate van hinder dulden. 

De rechtbank constateert dat de VvE geen geluidsnormen heeft gesteld en dat er geen wettelijke normen bestaan. De Rechtbank overweegt “ Daarbij is van belang dat het een pand is uit midden jaren ‘60 waarbij tussen partijen ook vaststaat dat de isolatiewaarde laag is. Aan de isolatie in een dergelijk pand kunnen niet de eisen worden gesteld die aan een nieuwer pand worden gesteld.”  Ook uit de jurisprudentie is niet zonder meer af te leiden dat er een algemeen geldende norm van Ico = +10 dB is voor alle gesplitste woningen, ongeacht het bouwjaar. De rechtbank legt de bepalingen in de splitsingsakte en de reglementen zo uit dat daaruit een verplichting voor [gedaagde] volgt om een vloer te hebben die bij een normaal, dagelijks leefpatroon niet meer geluidshinder veroorzaakt dan gebruikelijk is bij vergelijkbare appartementen.” 

Daarbij beloont de rechtbank ook de inspanningen van de bovenburen die met succes stellen dat zij echt wel geprobeerd hebben om een toereikende vloer te laten leggen en daarover zelfs met de beheerder overleg hebben gehad. 

Al met al vangt de VvE en dus de onderbuurvrouw bot bij de rechter. Dit heeft dus enerzijds te maken met een lacune in de wetgeving en anderzijds simpelweg het laten meewegen van de ouderdom van het gebouw. Had de VvE dit kunnen voorkomen? Voor dit specifieke geval is dat niet te zeggen. Wel is het verstandig om concrete normen op te nemen in het huishoudelijk reglement. Nu kon de VvE nergens op terugvallen. 

Amsterdam (ECLI:NL:RBAMS:2025:5611, 13-08-2025)